Aankondigingen over uw buurt
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
Dataset
Status | Beschikbaar |
---|---|
Data eigenaar | Centraal Bureau voor de Statistiek (Rijk) |
Bijgewerkt | 14-06-2023 |
Licentie | CC-BY (4.0) |
Thema |
|
Toegang | Publiek |
U kunt bij ons een verzoek doen om een specifieke dataset aan te vragen.
Dataverzoek doenDit is een dataset die landelijk dekkend is. De data heeft betrekking op heel Nederland.
SluitenDeze tabel bevat cijfers over het gemiddelde energieverbruik per woning (aardgas en elektriciteit) onderverdeeld naar woningtype, bouwjaarklasse, oppervlakteklasse en het aantal bewoners voor alle particuliere woningen in Nederland en voor de aardgaswoningen (individuele CV en blokgas) daarbinnen. Voor elektriciteit is het niet mogelijk blokaansluitingen voor bijvoorbeeld liften en portiekverlichting in flatgebouwen toe te delen aan de bijbehorende woningen. Dergelijke elektriciteitsleveringen zijn daarom niet opgenomen in de getoonde cijfers. Het aardgasverbruik is gecorrigeerd voor temperatuur volgens de methode in de Klimaat- en EnergieVerkenning (KEV). De correctiefactor voor 2020 op basis van graaddagen in De Bilt, is verkregen via het Planbureau voor de Leefomgeving. Het temperatuur-gecorrigeerde gasverbruik in 2019 (een relatief warm jaar) is volgens deze methode bijna 4 procent hoger dan de daadwerkelijke gaslevering, in 2020 (ook een relatief warm jaar) bijna 9 procent hoger, en in 2021 (een relatief koud jaar), ongeveer 3 procent lager. De elektriciteitslevering betreft de levering van elektriciteit aan de woning waarbij geen rekening is gehouden met eventuele teruglevering. Behalve de totale gemiddelde aardgas- en elektriciteitslevering per woning wordt voor aardgas ook de aardgaslevering per vierkante meter woonoppervlak weergegeven en voor elektriciteit de levering per bewoner.
Naast de gemiddelde aardgas- of elektriciteitslevering per woning worden ook de percentielen 10, 20, 30, 40, 50, 60, 70, 80 en 90 weergegeven. Percentiel 10 geeft de grens weer hoeveel aardgas of elektriciteit geleverd wordt aan de laagste 10 procent; 10 procent van de woningen (met bepaalde kenmerken) heeft dus een levering die hooguit deze waarde heeft. Percentiel 50 komt overeen met de mediane waarneming. De helft van de woningen (met bepaalde kenmerken) gebruikt meer, de andere helft minder.
Alle cijfers zijn beschikbaar voor de totale woningvoorraad en voor de woningen die als hoofdverwarmingstype ‘individuele gas of blokverwarming’ hebben. Indien een verblijfsobject naast wonen ook andere gebruiksfuncties heeft en de energielevering te hoog is voor huishoudelijk gebruik wordt een deel van de levering toegekend aan wonen/huishoudens en een deel aan de andere gebruiksfuncties. De tabel gaat alleen de energieleveringen voor de woonfunctie. Naast de aardgas- en elektriciteitsleveringen geeft de tabel voor elke combinatie van woningtype, bouwjaarklasse, oppervlakteklasse en aantal bewoners informatie over het aandeel woningen met stadsverwarming en het aandeel woningen waar een zonnestroominstallatie is geregistreerd op dat adres tussen 1-1 en 31-12 van het rapportjaar. Het aandeel woningen met zonnestroom op het adres geregistreerd helpt bij de interpretatie van de gemiddelde elektriciteitslevering. Een hoger aandeel woningen met zonnestroom zal ceteris paribus door het directe gebruik van de zelf opgewekte elektriciteit leiden tot een lagere gemiddelde elektriciteitslevering; er vindt geen saldering met eventueel teruggeleverde elektriciteit. Het aandeel woningen met stadswarmte helpt bij de interpretatie van de gemiddelde aardgasleveringen omdat een hoog aandeel woningen met stadswarmte leidt tot een gemiddeld lagere aardgaslevering. Het aandeel stadsverwarming is alleen beschikbaar voor de totale woningvoorraad. Voor de populatie woningen met ‘individuele gas of blokverwarming’ is dit aandeel immers niet relevant.
Gegevens beschikbaar voor 2019, 2020** en 2021*.
Status van de cijfers: De cijfers over 2019 zijn definitief, cijfers over 2020 zijn nader voorlopige cijfers en cijfers over 2021 zijn voorlopig. Alle cijfers zijn berekend met de vernieuwde methode voor de klantenbestanden medio september 2022.
Wijzigingen per oktober 2022: De bouwjaarklassen ‘2006 tot 2013’ en ‘ 2013 en later’ zijn vervangen door de bouwjaarklassen ‘ 2006 tot 2015’ en ‘ Vanaf 2015’. Toevoeging van 2019 en 2021; cijfers over 2020 zijn herzien volgens de vernieuwde methode voor de klantenbestanden.
Wanneer komen er nieuwe cijfers? In augustus 2023 worden de definitieve cijfers voor 2020 en 2021 gepubliceerd en wordt de tabel uitgebreid met de cijfers voor 2022 Het CBS werkt komend jaar aan de uitbreiding van deze tabel met cijfers over teruglevering van elektriciteit en aanvullende uitsplitsing naar aan- of afwezigheid van zonnestroom. Deze worden gepubliceerd zodra deze beschikbaar zijn. De planning hiervoor is nog niet bekend.
Bestemmingspagina: https://opendata.cbs.nl/statline/portal.html?_la=nl&_catalog=CBS&tableId=85140NED
Geen feedback gevonden.
U kunt bij ons een verzoek doen om een specifieke dataset aan te vragen.
Dataverzoek doenhttps://opendata.cbs.nl/ODataApi/OData/85140NED
aardgas- en elektriciteitslevering, aandeel stadswarmte, aandeel zonPV bouwjaar, woningtype, oppervlakte, bewonersklasse, hoofdverwarmingstype
https://opendata.cbs.nl/ODataFeed/OData/85140NED
aardgas- en elektriciteitslevering, aandeel stadswarmte, aandeel zonPV bouwjaar, woningtype, oppervlakte, bewonersklasse, hoofdverwarmingstype
Geen feedback gevonden.