Geregistreerde misdrijven, ophelderingen; soort misdrijf, regionale eenheid

Deze tabel bevat cijfers over het aantal geregistreerde misdrijven en ophelderingen per maand en per jaar. Deze worden uitgesplitst naar het soort misdrijf en per politie eenheid. Bij de geregistreerde misdrijven zijn ook de pogingen opgenomen. Voor sommige misdrijven (bijvoorbeeld moord/doodslag) levert dat een veel hoger aantal op dan enkel het aantal voltooide misdrijven.

Sinds juli 2018 is het niet meer mogelijk om meerdere delicten, die verband met elkaar houden (samenloop), in één registratie vast te leggen. Een voorbeeld hiervan is een straatroof waarbij een vuurwapen (wapenbezit) wordt gebruikt. Indien in één registratie meerdere delicten voorkomen, werd vóór juli 2018 alleen het zwaarste delict geteld.

Als gevolg van deze aanpassing is bij een aantal delicten een toename zichtbaar ten opzichte van 2018. Het gaat voornamelijk om huisvredebreuk, bijzondere wetten waaronder witwassen, wapenhandel waaronder wapenbezit, drugshandel, aantasting openbare orde en maatschappelijke integriteit overig waaronder belediging. Hierbij was de toename dan ook vooral zichtbaar in de laatste 6 maanden van 2018. Op het totaal aantal misdrijven heeft deze aanpassing maar een beperkt effect. Voor heel 2018 veroorzaakt dit een stijging van circa 1,0%.

Sinds 30 april 2020 is het mogelijk om via Internet aangifte te doen van WhatsAppfraude (wordt ook wel vriend-in-nood fraude genoemd). Hiervan werd direct veelvuldig gebruik gemaakt. In de maanden mei t/m december 2020 werden circa 20.000 aangiften van WhatsAppfraude gedaan. WhatsAppfraude wordt onder Horizontale fraude geregistreerd.

Aangiften betreffen geregistreerde misdrijven waarvoor een pv van aangiften is opgesteld. Per misdrijf kunnen meerdere aangiften gedaan zijn.

Internetaangifte kan alleen voor een geselecteerd aantal delicten gedaan worden en enkel als er geen opsporingsindicatie is.

Een geregistreerd misdrijf wordt als opgehelderd beschouwd zodra er een verdachte aan gekoppeld is en deze gehoord is. Een verdachte hoeft niet te bekennen. Het feit dat een verbalisant hem/haar na het verhoor als verdachte blijft aanmerken, betekent dat hij/zij naar de mening van de verbalisant terecht als verdachte is aangemerkt. Het ophelderingspercentage wordt berekend door het aantal ophelderingen uit een periode te delen door het aantal geregistreerde misdrijven uit dezelfde periode. De ophelderingen kunnen dus betrekking hebben op misdrijven uit een andere periode. Hiervoor is gekozen omdat het anders door na-ijl (een registratie kan veel later opgehelderd worden dan dat een misdrijf is geregistreerd) lang duurt voordat de cijfers definitief zijn. Hierdoor zouden de ophelderingspercentages over recente periodes een te lage waarde geven.

Bij misdrijven met weinig opsporingsindicatie (internetaangiften en/of delicten waar geen fysiek contact heeft plaatsgevonden) is het ophelderingspercentage lager dan waar wel fysiek contact heeft plaatsgevonden (bijvoorbeeld overvallen en straatroof).

Gegevens beschikbaar vanaf: 2012

Status van de cijfers: De cijfers in deze tabel worden geregeld geactualiseerd. Hierdoor kunnen er kleine verschillen met eerdere publicaties ontstaan. Actualisatie van de cijfers is nodig om bijvoorbeeld met terugwerkende kracht de herindeling van gemeenten of aanpassing in de codering met terugwerkende kracht te kunnen verwerken. Cijfers over aangiften en internetaangiften worden na elk kwartaal geactualiseerd.

Wijzigingen per 15 april 2025: Cijfers over misdrijven en aangiften in het eerste kwartaal van 2025 zijn toegevoegd. Momenteel zijn er technische problemen waardoor de cijfers over het aantal ophelderingen in de maanden november 2024 tot en met maart 2025 onvolledig zijn. Deze zijn nu verborgen in de tabel. Er wordt gewerkt aan een oplossing.

Wanneer komen er nieuwe cijfers? 15 juli worden de cijfers over het tweede kwartaal van 2025 toegevoegd.