PSI richtlijnen

Wat is PSI?

PSI staat voor: Public Sector Information. PSI wordt tegenwoordig ook wel ‘open data’ genoemd. De Europese PSI- of Open Data richtlijn roept overheden op om zoveel mogelijk data herbruikbaar aan te bieden. Op die manier kunnen deze data automatisch worden verwerkt en gekoppeld, zodat ze voor meerdere doeleinden gebruikt kunnen worden. Het betreft data die reeds openbaar zijn, overheden worden wel opgeroepen om gegevens op een dusdanige manier te genereren zodat deze zich lenen voor doeleinden zoals deze. Het gaat hier om niet-persoonsgegevens. Uitgangspunt van de richtlijn is dat overheden zo open als mogelijk, maar zo gesloten als noodzakelijk, met hun data omgaan. Uiteraard blijven persoonsgegevens beschermd onder de AVG.

Waarom is PSI belangrijk?

De Europese PSI richtlijn is voor Nederland in de eerste instantie in 2006 in de Wob (Wet openbaarheid van bestuur) geïmplementeerd. In 2015 zijn nieuwe wijzigingen geïmplementeerd in de Who (Wet hergebruik van overheidsinformatie). En sinds 2019 ligt er vanuit Europa een nieuwe richtlijn die op dit moment wordt geïmplementeerd. De Europese Commissie heeft een grotere datastrategie en wil met deze richtlijn voornamelijk voorkomen dat de EU achter gaat lopen op het gebied van innovatie en digitalisering. We willen als EU ook niet ondergelopen worden door andere landen die wellicht een andere manier van denken hebben over gegevens. De filosofie van de EU is dat gegevens voornamelijk de burger moeten dienen. De gedachte van deze richtlijn is eigenlijk: er is een enorme schat aan data bij allerlei overheidsinstanties beschikbaar, laten we die gaan aanbieden aan iedereen, voor mogelijkheden aan innovatie en economische groei, deze leveren meer op dan de moeite die het kost om het herbruikbaar te maken. 

De bedoeling is dat deze wetgeving een verplichtende duw geeft aan overheidsorganisaties om data te delen en beschikbaar te stellen. De geest van de richtlijn is breder dan wat er uiteindelijk echt verplicht is vanuit de EU. De nieuwe PSI richtlijn moet uiteindelijk in alle landen geïmplementeerd worden, hierna hebben alle landen dit als het goed is allemaal in hun eigen wetgeving staan, waardoor al die landen weer meer overheidsdata aanbieden. 

Wanneer is PSI in het leven geroepen?

De nieuwe versie van de richtlijn komt uit 2019, officieel is een implementatiedatum twee jaar later. Eigenlijk zou de PSI richtlijn dus aankomende juli al geïmplementeerd moeten zijn, maar door de coronacrisis hadden we op dat moment andere prioriteiten en is de implementatie dus met een jaar vertraagd, namelijk naar halverwege 2022. Ook is de implementatie afhankelijk van hoe voortvarend het algehele proces verloopt. Veel organisaties moeten namelijk nog de kans krijgen om zich te verdiepen in de richtlijnen en hierop te reageren. Nadat organisaties hier een blik op hebben geworpen moet het voorstel naar de Ministerraad, de Raad van State en naar de Eerste- en Tweede kamer. Deze aspecten zijn leidend voor het verloop van het algehele traject. Er zitten relatief veel stappen tussen het opstellen en het implementeren van de PSI richtlijn. 

Wanneer verwachten we de implementatie van de PSI in Nederland?

Halverwege 2022.

Wat betekent de implementatie van PSI voor de overheid in Nederland?

De richtlijn voegt de volgende zes elementen toe:

  1. High value datasets en dynamische gegevens die actief moeten worden aangeboden. De Who zoals die nu geldt, heeft een passieve plicht om dingen openbaar te maken, de burger moet er nu dus om vragen. Deze richtlijn moet ervoor zorgen dat bepaalde overheden informatie actief moeten gaan aanbieden. Dit heeft betrekking op dynamische- of realtime gegevens, zoals sensordata, en op die high value datasets, waarvan de EU een lijst aan het samenstellen is. Dat zijn typen gegevens waarvan de EU aangeeft dat die goed op orde moeten zijn, omdat de markt er veel aan heeft, dit moet dus actief worden aangeboden. Die lijst is nog niet uitgebracht maar de volgende onderwerpen vallen hier onder: GEO data, aardobservatie, milieudata, meteorologische data, statistiek, bedrijven en eigendom van bedrijven en mobiliteitsdata.  
     
  2. Naast ‘normale’ overheidsorganisaties, is de bedoeling dat ook bedrijven die voor de overheid werken zoveel mogelijk gegevens actief beschikbaar gaan maken.
     
  3. Van bepaalde onderzoeksorganisaties wordt verwacht dat zij in een bepaalde hoedanigheid gegevens gaan aanbieden zoals thematische data of onderzoeksgegevens, dus gegevens die je hebt verzameld voor een wetenschappelijk onderzoek. Doel is dat dit type datasets openbaar en vrij herbruikbaar worden aangeboden.
     
  4. Een beperking van de mogelijkheden om bepaalde kosten in rekening te brengen voor het hergebruik van data. Al worden sommige organisaties bekostigd met het aanbieden van data, die optie blijft bestaan. Er worden zoveel mogelijk beperkingen gesteld aan het vragen van meer dan de marginale kosten. De kosten die zij echt gemaakt hebben om dit af te geven, die mogen ze in rekening brengen maar de gedachte hierachter is om dit zoveel mogelijk te beperken. Ook het aanbieden van gegevens door middel van exclusieve overeenkomsten, moet zoveel mogelijk beperkt worden. Alles rondom de richtlijnen is erop gericht om gegevens zoals deze zoveel mogelijk gratis en toegankelijk aan te bieden.
     
  5. Alle organisaties worden opgeroepen om zoveel mogelijk gegevens aan te bieden in de vorm van open standaarden, om onder andere het combineren van datasets te faciliteren. Bedoeling is om datasets aan te bieden in de machine-leesbare vorm. In zo’n geval dus niet in PDF-formaat maar in een tabel die bijvoorbeeld door Excel gelezen zou kunnen worden, met metadata en kolommen. Het format is een belangrijk aspect omdat de data dan ook daadwerkelijk voor iedereen leesbaar en bruikbaar zijn. 
     
  6. ‘Openess by design and default’. Dit wil zeggen: probeer zo vroeg mogelijk in je primaire proces al je gegevens, stukken en documenten zo te genereren dat ze zich lenen voor hergebruik en openheid. Nu is de plicht in de richtlijn heel soft. De manier waarop je dat als lidstaat doet, daarin word je vrijgelaten. We zijn nog aan het kijken hoe we dit precies willen vormgeven, overheden worden opgeroepen om te werken vanuit openheid van de gehele organisatie en open gegevensbeleid maken. 

Waar moet de burger rekening mee houden t.b.v. de implementatie van PSI?

De burger heeft er geen last van omdat er voor hen geen directe verplichting komt. Als burger kun je uiteindelijk wel de vruchten plukken van alle data die uiteindelijk beschikbaar worden gemaakt. Onze hoop is dat bedrijven met deze open data op hun beurt allerlei innovatieve uitvindingen en toepassingen gaan ontwikkelen, hierbij valt de denken aan applicaties et cetera. De burger plukt hier op zijn beurt weer de vruchten van.

Welke mogelijkheden creëer je met PSI?

Naast het feit dat er economisch potentieel in zit, voorkom je dat je als land het risico loopt om ‘achter te lopen op de rest’ omdat je niet bijdraagt aan het openstellen van open data.

Hoe wordt PSI gemaakt en omgezet in Nederlandse wetgeving?

De Europese Commissie komt met een voorstel voorafgaand aan de conceptvoorstellen. Vervolgens komen zij met het definitieve voorstel, waarna het Europees Parlement en de Europese raad hiermee aan de slag gaan. Uiteindelijk komt hier, mede door onderhandelingen en stemmingen, een concreet voorstel uit dat wordt aangenomen. Vervolgens zijn de lidstaten aan de beurt om dit in hun nationale regelgeving te implementeren. In Nederland kom je uit bij een normaal wetgevingsproces, je begint dan bij één of meerdere ministeries, zij gaan vervolgens het voorstel schrijven en erover nadenken. Daarna doen zij een voorstel aan allerlei partijen die hier uiteindelijk mee te maken zouden gaan krijgen, zodat zij hier in een vroeg stadium over geïnformeerd worden en een reactie kunnen geven. Daarna krijg je een formele (internet)consultatie en toetsing. Vervolgens gaat het wetsvoorstel via de Ministerraad naar de Raad van State, naar de Tweede Kamer en naar de Eerste Kamer. 

Wat gaat dit betekenen voor overheidsorganisaties?

Voor overheden kan hier behoorlijk wat werk in gaan zitten, omdat zij beleid moeten maken in openheid en actief aanbieden van gegevens. Het kan wat technische vereisten met zich meebrengen. Mede omdat je zoveel mogelijk moet werken vanuit de openheid, betekent dit wat voor het opstellen van IT-contracten. Als organisatie moet je dan proberen om rechten voor publiek hergebruik te verwerken in de contracten.  

Betekent dit dat overheidsorganisaties actief hun data openbaar moeten maken?

Ja absoluut, sommige gegevens wel. De richtlijn en de wetgeving stelt minimumeisen maar organisaties zijn vrij om meer data beschikbaar te maken. Uiteraard rekening houdend met de privacywetgeving, je mag niet zomaar allerlei persoonsgegevens gaan delen. Wij noemen het ook wel: ‘Zo open als mogelijk en zo gesloten als nodig’. Organisaties als deze worden opgeroepen om data openbaar te maken waar het kan, uiteraard rekening houdend met gegevens die gevoelig en beschermd zijn. 

Wat betekent een High Value dataset?

Dit zijn datasets waarvan de EU zegt dat ze zo waardevol zijn, dat ze actief openbaar moeten worden gemaakt.

Wat kan data overheid betekenen voor de PSI richtlijn?

Als alle organisaties die door PSI gegevens toegankelijk moeten maken, deze gegevens ook delen op data.overheid.nl, zorgt dit ervoor dat ook al deze data makkelijk en snel vindbaar zijn. Wanneer je ervoor zorgt dat door middel van API’s datasets ook te vinden zijn op Data.overheid.nl en uiteindelijk via Data.europa.eu, dan zou dit van veel toegevoegde waarde zijn. Gegevens zijn dan door iedereen te vinden en te combineren. 

Als mensen na het lezen behoefte hebben aan meer informatie, waar kunnen ze dan terecht? 

Kijk ook even op deze pagina: Data.overheid.nl/ondersteuning/open-data/beleid. 

Op www.internetconsultatie.nl kun je terecht voor het concept van het wetsvoorstel, zodra deze online staat. Hier kan heel Nederland op reageren, het is raadzaam deze website in de gaten te houden, mocht je het interessante vinden. Hier staan overigens alle wetsvoorstellen in Nederland aangeboden.